Voor het succesvol kweken van Coniferen, is bepaalde basisinformatie nodig. Dat geldt zowel voor een omheining, of een klein bos op een hectare land, als ook op grotere schaal, bijvoorbeeld voor het vergroenen van steden, en de herbebossing van landschappen. Maar dit artikel is vooral bedoeld voor leken ter oriëntatie, want de auteur acht zich zeker geen deskundige op dit gebied. (Afbeelding: Een jonge Siberische Den ~ Foto van Ringing Cedars Russia).
Dat was zelfs precies de reden waarom deze artikelen tot stand zijn gekomen, omdat er geen helder overzicht met betrekking tot Coniferen te vinden was. Maar wel is er heel veel informatie over dit onderwerp, waardoor je als leek echt op een gegeven moment door de bomen het bos niet meer ziet. Dus de zoektocht riep alleen maar meer vragen op, en het kostte dus heel veel tijd om bepaalde antwoorden te vinden! Het doel van deze artikelen reeks, is dan ook om wat basis informatie te verschaffen, en dat op een enigszins coherente manier te presenteren.
Daarom is dit zeker geen academisch ‘peer-reviewed’ document op het moment van publicatie, hoewel het in de toekomst uitgebreid of gewijzigd kan worden met de juiste input. Er zijn immers vele factoren waarmee rekening moet worden gehouden voor degenen die zowel binnenshuis, of direct buiten op balkon, tuin of landgoed Coniferen willen kweken. Zie hiervoor ook deel twee van deze serie ‘Coniferen 2 – Functie en Doel’, waar meer suggesties worden gegeven voor het nut en de toepasbaarheid van Coniferen.
Maar waarom?
Door klimaatverandering ondervinden bomen en bossen meer hinder om evenwicht te bewaren binnen verstoorde watercycli. Vooral in tijden van langdurige hitte en droogte kunnen de bomen uitdrogen, met het gevolg dat hun groene gebladerte geel wordt en loslaat, waardoor de takken dor en kaal achterblijven. Zolang de bomen volwassen zijn en nog steeds een flinke hoeveelheid groene bedekking overhouden, zullen ze overleven, alhoewel misschien wat van de levenskracht en schoonheid verloren is gegaan.
In het ergste scenario als het gaat om klimaatverandering, zoals we de afgelopen jaren hebben gezien (met het jaar 2018 als een belangrijke marker voor acceleratie), is dat bossen voor een gedeelte zelfs tot op de grond afbranden, in welk geval het lang duurt om deze gebieden te herstellen voor nieuwe bosgroei.
Jonge boompjes
Zelfs met minder ernstige droogte kunnen jonge boompjes eerder in de problemen komen, omdat hun wortelstelsel niet volledig is ontwikkeld, en de diepere lagen in de bodem nog niet bereikt kunnen worden, waar meer grondwater beschikbaar is. Als ze niet worden verzorgd, zullen ze zeker dood gaan. Daarom is het belangrijk voor deze bomen, wanneer klimaatomstandigheden niet meewerken, dat ze een helpende hand krijgen. Dit kan zelfs voor een tijdsbestek van 7 tot 9 jaar benodigd zijn, omdat de initiële groei van deze bomen erg langzaam is.
Het is wel merkwaardig, als je erover nadenkt, want zolang onze planeet Aarde rond de zon draait, laten we zeggen reeds voor een paar miljard jaar of zo, heeft de natuur nooit een helpende hand van mensen nodig gehad om te overleven en zichzelf te reproduceren. Maar nu staat de mensheid voor deze uitdaging.
Maar wat?
Maar, wat kunnen we doen? Kúnnen we op zich iets doen? En zo ja, waar zullen we beginnen? Nou, dit zijn lastige vragen om te beantwoorden, omdat we niet alle factoren kennen die te maken hebben met klimaatverandering en de verstoorde watercyclus wereldwijd. Wat betreft het kweken van Coniferen is ook niet veel praktische ervaring bij de gemiddelde Nederlander, noch is er veel online informatie over beschikbaar.
Daarom dienen degenen die willen beginnen -ongeacht wat, waar of wanneer-, in eerste instantie hun keuze voor het type Conifeer te bepalen, uit de 600 soorten die er zijn. Ga er maar aan staan! De specifieke boom dient geschikt te zijn voor het landschap en het klimaat waar men in woont. Voor dit artikel nemen we de Siberische Den als voorbeeld, omdat deze van nature groeit in grote wouden op ons halfrond in het noorden.
Cypres?
Het is echter ook belangrijk om een beetje onderscheid te kunnen maken tussen alle Coniferen. Daarom nog iets meer info. Zo is het interessant om te weten dat er nog heel oude exemplaren van Coniferen bestaan, zoals de geschatte drieduizend jaar oude reuzen ‘Red Wood Cedar’ of de ‘Thuja Picata’, beide Cypressen van de familie ‘Cupressaceae’, die ooit de meest voorkomende bomen waren rondom de kustgebieden van de Stille Oceaan.
Een paar van die overgebleven reuzen zijn bijvoorbeeld nog steeds te bewonderen in Noord-West-Amerika en Canada, wat wellicht de laatste overblijfselen zijn van de prehistorische wouden aldaar. Op borsthoogte hebben deze bomen een diameter van ongeveer 5,4 meter, en een geschatte lengte van bijna 60 tot 80 meter! Wolkenkrabbers zijn het! Het is misschien een goed idee om deze oude Conifer-families te bestuderen (wat ook gebeurt door wetenschappeers), en of ze op de een of andere manier kunnen worden gekweekt (wat misschien een onderwerp is voor een ander artikel).
Ceder?
Deze Cypres wordt ook vaak genoemd: ‘Western Red Cedar’, ‘Pacific Red Cedar’, ‘Giant Arborvitae’ of ‘Western Arborvitae’, ‘Giant Cedar’ of ‘Shinglewood’. Maar omdat ze tot de familie ‘Cupressaceae’ behoren, hadden ze in feite ‘Western Red Cypress’ moeten heten toch? Of was ‘Cedar’ een vroegere naam en is dat later op de een of andere manier in de volksmond gewijzigd? Zo verschillen Conifeernamen ook in veel talen.
Een Ceder in Nederland heeft bijvoorbeeld kort smalblad, en de Den lang smalblad, terwijl de Cypres een breed uitwaaierend loof heeft. In principe hebben alle Thuja-variëteiten brede platte Coniferenbladeren. Maar in de Russische taal wordt de naam van de Siberische Den, de ‘Pinus Siberica’, ook wel ‘Kedre’ genoemd, dat zowel in het Engels en Nederlands werd vertaald als ‘Cedar’ en ‘Ceder’, omdat het overeenkomst heeft met het Russische woord. Maar de Pinus Siberica is als zodanig niet herkend als een Cypres-variëteit, noch wordt het herkend als een Ceder in Nederland. En dat klopt, want de boom behoort tot de Orde van de Pinales en meer specifiek, behoort tot de Pinaceae-familie, omdat het een Den is.
Van Dennezaden is het bekend dat ze eetbaar zijn, lekker en gezond. Het is de auteur op het moment van schrijven van deze tekst niet bekend of de zaden van de Cypres voor mensen eetbaar zijn, in ieder geval wel voor het dierenrijk. Er zijn ongetwijfeld deskundigen die meer weten over al deze en voornoemde oeroude Conifeer soorten. Voor een leek is het belangrijk om een beetje een idee te krijgen van de complexiteit van informatie die er is. Als je eenmaal weet welke afwegingen je kunt maken, wordt het eenvoudiger om een keus te maken voor het type Conifeer op je landgoed of in een gebied.
Naamgeving?
En hoe zit het met het onderscheid tussen ‘Pina’ en ‘Pica’? Coniferen zoals ‘Pines’, het Engelse woord voor Dennen, worden doorgaans genoemd in de ‘Orde der Pinales’ en behoren tot de ‘Pinaceae-familie’, terwijl Sparren ook behoren tot de orde van de Pinales, maar zijn ingedeeld bij de ‘Picaceae-familie’.
Maar beide familienamen ‘Pinaceae’ en ‘Picaceae’ komen voort uit het klassieke Latijnse woord ‘pinna’, zijnde een puntige formatie. In het late Latijn hebben we de ‘pinnaculum’, verkleinwoord van ‘pinna’, wat ‘pin’ en ‘punt’ betekent, en ’top’ of ‘piek’ als van een berg, of als torenspits, maar ook ‘piek’ als de accumulatie van iets, bijvoorbeeld hoogtepunt van een grafiek. Vandaar dat de twee familienamen van de Coniferen hoogstwaarschijnlijk verwijzen naar de top van de groene kronen van de bomen.
Piek en ‘peak’
Ook in de Nederlandse taal hebben de bovengenoemde woorden dezelfde betekenis. Het Engelse ‘peak’ wordt in het Nederlands gespeld als ‘piek’. De spelling is anders, maar het is een diphtong, omdat de woorden hetzelfde klinken. In beide talen heeft het ook de betekenis van decoratieve kerstversiering, de piek die bovenop de kerstboom wordt geplaatst. En interessant genoeg is de kerstboom meestal een spar van de familie Picaceae. Toeval of wat?
Keuzes
Het is ook van even groot belang om na te denken over de keuze van herbebossing op het publieke domein binnen hectare dorpen, maar ook buiten de dorpen. We kunnen ons afvragen, zijn dit alleen beslissingen voor de academisch geschoolde mensen die ook vaak van mening kunnen verschillen als het gaat om classificatie en andere onderwerpen die betrekking hebben op de bomen? Of is het voor ons allemaal belangrijk om de juiste antwoorden te vinden?
Er zijn meerdere factoren om te overwegen met betrekking tot de keuzes die je kan maken. Welk doel hebben de bomen? Bieden ze voedsel?, onderdak?, een groene aanblik gedurende alle seizoenen?, een habitat voor vogels en dieren?, Kunnen ze zich op natuurlijke wijze voortplanten?, enzovoort, enzovoort. Daarom kan het bekend zijn met de rubricering van Coniferen ook verhelderend zijn om bepaalde kenmerken te onderscheiden.
Cypressus is bijvoorbeeld mooi om naar te kijken en biedt voedsel en onderdak voor vogels en het dierenrijk. Het argument voor biodiversiteit geeft ook voorkeur om een brede selectie te maken qua variëteit aan bomen en vegetatie. Als het gaat om het eigen stuk grond, kan een familie of boer zelf beslissen, terwijl de keuze voor bomen met als doel herbebossing op algemene grond wellicht democratisch kan worden gekozen door het volk. In onze nieuwe wereld, welteverstaan.
Stadia
Onder optimale omstandigheden bereiken Dennebomen binnen 20 jaar de puberteit. Op deze leeftijd heeft de boom een hoogte van ongeveer 5 meter bereikt en begint dan de kegels te ontwikkelen met betrekking tot de voortplanting. De Conifeer blijft ook doorgroeien en bereikt een volwassen hoogte tussen de 30 en 40 meter, met een stamdikte van ongeveer 1,8 meter op borsthoogte, en een dichte conische kroon. De geschatte maximale levensduur in de ideale biotoop is 800 tot 850 jaar.
Ontwikkeling
Van nature groeien Coniferen als één soort in een bos en worden daarom als een homogene groep beschouwd. Wanneer mensen gebieden met Coniferen herbebossen, is het belangrijk om deze natuurlijke omstandigheden zoveel mogelijk na te bootsen. Coniferen met smalblad tolereren bijvoorbeeld geen contact met de takken en bladeren van loofbomen.
Wanneer de verschillende soorten bladeren van de bomen elkaar raken, veroorzaakt dit een irritatie bij de Coniferen, die op de specifieke plekken van contact na verloop van tijd kunnen uitdrogen, en zullen dan hun oude vorm en schoonheid niet meer kunnen herstellen. Daarom Coniferen niet met andere soorten bomen mengen.
Esthetiek
Vanuit esthetisch oogpunt zien Coniferen er als solitaire groep decoratief uit, hetzij in hagen of parken. De bomen kunnen ook zeer goed worden geplaatst in dorpen, tussen hectaren in, op verbindingswegen met andere dorpen, rondom landbouwgrond, en uiteraard op grote schaal als uitgestrekte wouden. Vanwege de eetbare zaden die zeer voedzaam zijn, de zalige harsachtige geur die de bomen verspreiden, en de altijd groene uitstraling die ze het hele jaar door bieden, zijn deze bomen een zegen op alle terreinen. Wanneer ze commercieel voor hout worden gekweekt, zullen de bomen op de lange termijn van navolgende generaties ook hout van hoge kwaliteit leveren.
Kiemen
Het kiemen van de zaden vereist een beetje kennis en oefening. De zaden kunnen in één week ontkiemen, maar soms ook pas na enkele maanden. De zaden hebben de juiste omstandigheden nodig om te ontkiemen. Bovendien moeten de zaden van een goede kwaliteit zijn. Zorg ervoor dat de zaden niet behoren tot de zogenaamde ‘Cultivars’, of bij invoer uit andere landen niet door de douane worden bestraald. Pluk daarom alleen de zaden uit oudere, en inheemse, zelfvoorzienende, reproducerende bossen, of verkrijg ze bij een betrouwbare bron.
© 2019 | Margreet Wilschut
www.margreetotto.net
*******
Klik op een link voor het vorige of volgende deel:
CONIFEREN 1 – INTRODUCTIE
CONIFEREN 2 – FUNCTIE EN NUT
CONIFEREN 3 – BLAD EN LOOF
CONIFEREN 4 – KEGELS EN STROBILI
CONIFEREN 5 – FAMILIES
CONIFEREN 6 – KWEKEN
Deel 7 volgt nog.
CONIFEREN 7 – KIEMEN